Als weightlifting coach geef je training aan veel verschillende atleten. Bij iedere atleet zie je weer een andere techniek. Het is belangrijk dat jij als weightlifting coach weet op welke technische fouten je moet letten en hoe je deze correct kunt corrigeren. In dit artikel bespreken we 5 veelvoorkomende technische fouten en hoe je deze samen met de atleet kunt corrigeren.
1. Lifter springt naar voren
Zowel bij de snatch als de clean & jerk zien we een ‘sprongetje’ tijdens de afzet. Het is belangrijk dat de atleet hierbij niet naar voren springt, maar de voeten naar de zijkant danwel op dezelfde plek weer neerzet. Er zijn twee mogelijke redenen waarom een lifter naar voren springt. Een van die redenen is dat de lifter de tweede pull niet volledig afmaakt en het lichaam niet verticaal houdt. Als weightlifting coach kun je deze techniekfout corrigeren door de lifter te leren het lichaam verticaal te houden
Een andere mogelijke reden is dat de atleet de stang van het lichaam afslaattijdens het contactmoment. Hierdoor maakt het lichaam automatisch een sprong naar voren om zo het evenwicht te bewaren. Als weightlifting coach kun je de atleet helpen door ervoor te zorgen dat deze een verticale heupstrekking maakt in plaats van een horizontale. Oftewel, recht omhoog zoals bij een sprong of kettlebell swing.
2. Lifter springt naar achteren
Naast het naar voren springen, komt het ook vaak voor dat een atleet tijdens een lift een sprongetje naar achteren maakt. Dit kan gebeuren doordat de lifter zijn schouders niet lang genoeg over de stang houdt. Het is de bedoeling dat de lifter zijn schouders over de stang houdt tot de middendij.
Een andere mogelijke reden voor een sprong naar achteren is dat de lifter te ver naar achteren leunt tijdens het uitstrekken. Om het evenwicht te bewaren, zal de atleet automatisch naar achteren springen. Als weightlifting coach kun je visueel laten zien hoe het rechtop uitstrekken eruitziet en dit samen met de lifter oefenen.
3. Stang niet dicht genoeg bij het lichaam
Een andere veelvoorkomende techniekfout bij weightlifters is dat de stang niet dicht genoeg langs het lichaam komt. De halter moet dichtbij het lichaam blijven, omdat dit helpt bij het behouden van de juiste positie en het genereren van meer kracht. Hoe dichter de halter bij het middenpunt van het lichaam is, hoe beter de lift.
Deze techniekfout zien we vooral bij beginnende lifters, die nog niet voldoende gevoel hebben ontwikkeld voor de halter en hun lichaam. Als weightlift coach kun je met de atleet aan de slag gaan met slow pull snatch en clean oefeningen om dit gevoel te ontwikkelen.
Ook bij atleten die haastig liften, zien we vaak dat de stang te ver van het lichaam af is tijdens de lift. Door het haastige liften gaat de focus verloren. Probeer samen met de atleet de snelheid tijdelijk uit de lift te halen door bijvoorbeeld de clean pull of snatch pull met een excentrische fase van 3 seconden te oefenen
4. Lifter maakt de strekking niet voldoende af
Een ander veelvoorkomend techniekfout bij het liften is dat de lifter de strekking niet volledig afmaakt. Vaak gebeurt dit doordat de heupen en knieën niet helemaal worden uitgestrekt tijdens het omhoogtillen van de stang. Dit kan verschillende oorzaken hebben.
Een van de redenen kan zijn dat de lifter simpelweg niet sterk genoeg is of dat hij moeite heeft om zijn balans te behouden tijdens het tillen. Een andere mogelijkheid is dat de atleet niet krachtig genoeg afzet vanuit zijn benen en te snel naar beneden duikt, waardoor de strekking niet volledig wordt bereikt. Ook kan het voorkomen dat de lifter zijn schouders niet goed omhoogtrekt en zijn lichaam niet volledig strekt.
Om dit probleem aan te pakken, kan de lifter worden aangemoedigd om zijn schouders omhoog te trekken richting zijn oren en zijn lichaam volledig recht te maken. Deze correctie helpt niet alleen om de maximale hoogte te bereiken, maar maakt de lift ook efficiënter. Specifieke oefeningen, zoals de high hang snatch of snatch van hoge blokken, helpen de lifter om de strekking volledig af te maken en de techniek te verbeteren.
5. Lifter raakt knieën of schenen met de barbell
Als gewichthefcoach is je dit vast ook vaker overkomen: tijdens het liften de halter tegen de schenen of knieën stoten. De lifter raakt zijn knieën of scheenbenen tijdens het optillen van de stang. Dit kan gebeuren omdat de lifter te weinig ruimte maakt voor de stang, waardoor deze de knieën of scheenbenen kan raken.
Om dit probleem aan te pakken, kan de lifter werken aan het behouden van een goede lichaamshouding en het houden van de stang dicht bij het lichaam tijdens de eerste pull. Daarnaast kan de lifter door de knieën naar achteren en naar de zijkant te bewegen meer ruimte maken voor de stang om te passeren. Het verbeteren van de techniek en het vergroten van de bewustwording van de positie van het lichaam kunnen helpen om contact met de knieën of scheenbenen te voorkomen en de lift veiliger te maken.
